Men kan wel stellen dat de Familie Kuipers drie eeuwen lang in Buitenpost en omgeving een vooraanstaande plaats heeft ingenomen. Ze verdienden hun geld veelal met het uitoefenen van beroepen als houthandelaar, landbouwer, vervener, molenaar, handelaar in diverse soorten onroerend goed en het uitlenen van geld tegen een bepaalde rente. Daarnaast kan men leden van dit geslacht in de historie veelvuldig tegenkomen als lid van de gemeenteraad, provinciale staten, kerkvoogdij, waterschap en andere bestuursorganen. In verband met hun inkomen en bezit was het merendeel aangeslagen in de hoogste klassen van de diverse belastingen. ‘Geld trouwt met geld’, is een gezegde en ook bij deze familie was dit in de meeste gevallen van toepassing. Dochter Jitske bijvoorbeeld, trouwde met de eerste huisarts in ons dorp, Sytze Greidanus, de latere hofarts van koningin Wilhelmina.
Omdat gewoonlijk de ‘Kuipersen’ nijvere lieden waren en het geld goed werd gebruikt, ontstonden er in de loop der eeuwen vele belangrijke bezittingen in de familie aan bijvoorbeeld huizen en landerijen en vormden zich grote kapitalen. Bij raadpleging van onder andere testamenten en akten van boedelscheiding in de notariële archieven komt men dit veelvuldig tegen (het huis van de familie Kuipers aan de Voorstraat – later verbouwd en daarna gebruikt als bank en notariskantoor)..


Durk Durks Kuipers Jr.
Deze was houthandelaar, geboren op 28 november 1871 en overleden in Buitenpost op 79-jarige leeftijd. Hij huwde in 1900 te Achtkarspelen met Jantje Lodewijks Lolcama (1870-1922). In de latere jaren van zijn leven woonde deze Kuipers op de hoek Kuipersweg-Voorstraat te Buitenpost, waar tot voor kort het notariskantoor was gevestigd en hiervoor de Nutsspaarbank was gesitueerd. In dit pand woonden gedurende vorige eeuwen meerdere familieleden Kuipers. Na het overlijden in 1951 verscheen in de Kollumer Courant het volgende bericht: “In de nacht van zaterdag op zondag is in de ouderdom van bijna tachtig jaar overleden de heer Durk Kuipers te Buitenpost, sedert lange tijd een zeer belangrijke plaatsgenoot. De heer Kuipers, die vroeger houthandelaar was, was jarenlang administrerend kerkvoogd van de Nederlands hervormde gemeente. Langer dan een halve stelde hij zijn krachten – steeds geheel belangeloos – in dienst van de Nutsspaarbank, bij vele ingezetenen bekend als de bank van mijnheer Kuipers. Jarenlang was hij directeur van deze bank. Andere vervulde functies: bestuurslid van het schoolfonds voor schipperskinderen, consul van de ANWB en lid van de gemeenteraad van Achtkarspelen. Ook bekleedde hij tal van plaatselijke bestuursfuncties. Met de heer Kuipers is iemand heengegaan die zich voor het maatschappelijk leven zeer verdienstelijk heeft gemaakt. Hij was Ridder in de Orde van Oranje Nassau”.
Een ander lid van de Kuipers-clan was Jan Jacob Kuipers, neef van bovenstaande.
Hij had een soortgelijke staat van dienst in ons dorp en de regio.
Over zijn verdienste stond in de Leeuwarder Courant van 10 juni 1955 onder de kop “Geziene figuur plotseling overleden” geschreven: “Zaterdag is de 71-jarige J.J. Kuipers terwijl hij zich in de sociëteit van hotel “De Roskam” bevond door een hartverlamming getroffen en overleden. Tijdens zijn leven bekleedde de heer Kuipers vele functies. Sinds 1 januari 1944 trad hij op als president-kerkvoogd van de Ned. Herv. Kerk te Buitenpost. Hij had zitting in het bestuur van de Coöp. Zuivelfabriek “Welgelegen” te Gerkesklooster was bestuurslid van de Condens, voorzitter van het Waterschap “De Zwadde (Oostelijk Deel) en lid van de Provinciale Vereniging van Ned. Herv. Kerkvoogdijen. Met de heer Kuipers is een algemeen geacht ingezetene van Buitenpost heengegaan”.
J.J. Kuipers

Durk Durks Kuipers Dzn
Houthandelaar, geboren 11 oktober 1834 in Buitenpost, overleden op 22 augustus 1923 op 88-jarige leeftijd. Gehuwd in 1870 te Achtkarspelen met Gelsche Hendriks Korenstra (1846-1935). Tot omstreeks 1930 liep de Buitenpostervaart aan de dorpskerk toe. Op de plek waar nu de Friesland Bank staat, op de hoek Kuipersweg/Kerkstraat, had hier deze Kuipers zijn houthandel en ook was hij eigenaar van de opslag. Omdat het vrachtvervoer destijds nog veelal over het water plaatsvond, was een laad- en loswal voor een dorp van groot belang en men noemde dit ‘de opslag’. Onder andere de beurtschippers konden hier hun vracht laden en lossen en de eigenaar vroeg hiervoor een bepaalde tol. Volgens opgave leverde dit slechts f 15,- per jaar aan inkomsten op. Een bezwaarschrift tegen een aanslag in de zogenaamde hoofdelijke omslag over het jaar 1864, dat bewaard is gebleven, geeft ons een indruk van zijn overige bronnen van inkomen, en dat waren er vele. Het blijkt dan dat de houthandel het hoofdbedrijf is. Het grootste deel van deze artikelen werd afgezet aan wederverkopers of slijters. Gedurende 1863 werden deze houtwaren voor in totaal f 16.533,02 ingekocht, wat ook ongeveer het geval was in voorgaande jaren. De nettowinst kon worden gesteld op 10%, de houthandel leverde dus een winst op van f 1653,30. Dan was er annex nog een kleinhandel in steen, pannen, cement, kalk en spijkers. Dit vertegenwoordigde gezamenlijk een inkoopsom van f 1212,50 over 1863. De zuivere winst kon worden gesteld op 5%, “alzoo uitmakende” een inkomen hieruit van f 60,62. Aan zijn handel had een windzaagmolen verbonden. De bruto-opbrengst was jaarlijks f 1792,50 Na aftrek van het loon van een knecht die zich voor 50% bezighield met de handel en de resterende tijd met zijn ander bedrijf van kuiper, pomp- of kistmaker. Dit onderdeel zou jaarlijks maar f 60,00 opleveren. Verder was hij nog eigenaar van een boerderij met “32 Bunder weid- en bouwland, benevens vier bunder vergraven land”. Het netto-inkomen hieruit werd gesteld op jaarlijks f 1500,00
Een ander lid van de Kuipers-clan was Jan Jacob Kuipers, neef van bovenstaande.
Hij had een soortgelijke staat van dienst in ons dorp en de regio.
Over zijn verdienste stond in de Leeuwarder Courant van 10 juni 1955 onder de kop “Geziene figuur plotseling overleden” geschreven: “Zaterdag is de 71-jarige J.J. Kuipers terwijl hij zich in de sociëteit van hotel “De Roskam” bevond door een hartverlamming getroffen en overleden. Tijdens zijn leven bekleedde de heer Kuipers vele functies. Sinds 1 januari 1944 trad hij op als president-kerkvoogd van de Ned. Herv. Kerk te Buitenpost. Hij had zitting in het bestuur van de Coöp. Zuivelfabriek “Welgelegen” te Gerkesklooster was bestuurslid van de Condens, voorzitter van het Waterschap “De Zwadde (Oostelijk Deel) en lid van de Provinciale Vereniging van Ned. Herv. Kerkvoogdijen. Met de heer Kuipers is een algemeen geacht ingezetene van Buitenpost heengegaan”.
J.J. Kuipers